Leo Ruijs over nieuwe medewerkers, maatwerk en het terugdringen van pieken
‘Wij bouwen aan onze toekomst’
ECT werft momenteel honderd nieuwe operationele collega’s. CEO Leo Ruijs legt uit hoe dit past in de uitgestippelde strategie om het als bedrijf steeds beter te doen. “Wij bouwen aan onze toekomst.” Daar hoort ook meer samenwerking in de logistieke keten bij. Alleen dan zijn de huidige pieken op onze terminals echt te verminderen.
“Een ideale wereld waarin een terminal precies voldoet aan de behoeften van de markt bestaat niet,” zo maakt Ruijs direct een statement. “De capaciteit van een terminal is altijd te groot of te klein. Het is onmogelijk om onze terminals exact passend te maken op het wisselende aanbod van deepsea en feederschepen aan de waterzijde en trucks, treinen en binnenvaartschepen aan de landzijde.” Zowel te groot als te klein hebben hun eigen uitdagingen. “Met de ingebruikname van Maasvlakte 2 heeft ECT zich een aantal jaren moeten instellen op lagere volumes. Ondersteund door onze aandeelhouder in Hong Kong was het uitgangspunt om iedereen bij ECT zoveel mogelijk binnen boord te houden. Daarin zijn wij goed geslaagd. Mede ook dankzij de afspraken in een havenbreed Sociaal Akkoord waardoor medewerkers van 60 jaar en ouder onder meer minder konden gaan werken.”
Heldere strategie
In die nieuwe werkelijkheid heeft ECT in 2016 een heldere strategie voor een succesvolle toekomst geformuleerd. De klant, communicatie, kostenefficiency en samenwerking staan hierin centraal. ‘Customer centricity’ is inmiddels binnen grote delen van ECT een gevleugeld begrip en productieverbetering een continue ambitie. 210 moves per uur op de ECT Euromax terminal is het actuele record. Ruijs: “ECT wil steeds de best mogelijke service bieden tegen zo laag mogelijke kosten. Daarbij zijn wij ons veel meer dan in het verleden bewust dat naast de rederijen óók de achterlandvervoerders en de partijen die hen opdracht geven, zoals expediteurs en verladers, direct of indirect klanten zijn van ECT. Al die groepen willen wij maatwerk leveren en wij zoeken voortdurend naar nieuwe mogelijkheden voor extra dienstverlening.” Voorbeelden zijn de plannen voor een barge transferium in de Hartelhaven, de realisatie van een empty transferium op de ECT Euromax terminal en een pilot met fixed windows voor de afhandeling van binnenvaartschepen.
Positieve verwachtingen
Inmiddels tonen ook de overslagcijfers een positieve kentering. Volumes nemen sinds 2017 weer toe en de verwachtingen zijn gunstig. Ruijs plaatst wel een duidelijke kanttekening. “De rederijwereld blijft in beweging. Volgende overnames of veranderingen in samenwerkingsverbanden zijn niet uit te sluiten.” Al naar gelang welke rederijen betrokken zijn, kan dit voor ECT gunstig dan wel ongunstig uitpakken. Daarnaast zijn ontwikkelingen op het politieke wereldtoneel sowieso moeilijk te voorspellen. En ook de relatie tussen economische groei en toename van containervolumes is lang niet meer zo direct als in het verleden. “Voorspellen is lastiger dan ooit. Er zijn zoveel onzekere factoren. Dat maakt het haast onvermijdelijk dat wij voor ECT ietwat conservatief begroten. Wanneer de markt vrij plotseling weer groeit, kan het daardoor zijn dat de beschikbare mens- en terminalcapaciteit niet meteen een-op-een aansluit op de daadwerkelijke behoefte van de markt. Dat leidt tot druk van buiten en geeft ook intern de nodige spanningen. Er is immers minder capaciteit dan wij op zo’n moment met z’n allen zouden willen.”
Nieuwe banen
“Voor het eerst in tien jaar creëren wij nu daarom honderd nieuwe banen,” zo vervolgt Ruijs. “Wij hebben vertrouwen in onze klanten en in de verdere ontwikkeling van de markt. Wij kunnen weer bouwen aan onze toekomst.” Alle nieuwe operationele medewerkers krijgen uitzicht op een vast dienstverband. “Dat doen wij uit goed werkgeverschap, maar ook om als bedrijf profijt te hebben van de investeringen die het opleiden van onze nieuwe mensen met zich meebrengt. Het mes snijdt aan twee kanten.”
Oplossing vinden voor piekbelastingen
Hoe voortvarend ook: honderd nieuwe medewerkers en honderden miljoenen euro’s aan actuele terminalverbeteringen zijn niet de oplossing voor de enorme piekbelastingen waarmee ECT regelmatig van doen heeft. Ook in de toekomst zullen de ECT-terminals op gezette tijden te groot of juist te klein zijn. Soms is het net of ‘iedereen’ zich tegelijk aan de poort meldt. “Onze arbeidsorganisatie inrichten op die piekbelastingen is onmogelijk. Dat is gewoonweg onbetaalbaar. Tegelijkertijd is ons succes wel voor een belangrijk deel afhankelijk van de kwaliteit van de landzijdige afhandeling. Ook die partijen willen wij op elk moment zo goed mogelijk bedienen.”
De pieken zijn op zich te verklaren, aldus Ruijs. “Anders dan in de haven is de 24-uurs economie in het achterland verre van realiteit. Afleveren en ophalen van containers kan daar veelal slechts op een beperkt deel van de dag. Het terminalbezoek in Rotterdam wordt hieromheen gepland. Daar bovenop komt dat de deepsea-schepen steeds grotere aantallen containers lossen en laden. Slecht weer kan de planning van deepsea-schepen bovendien volledig overhoop halen. Dat maakt de pieken nog groter.”
Meer samenwerken in de keten
Afvlakken van de pieken is alleen mogelijk door meer samenwerking, zo is Leo overtuigd. “Alle spelers in de containerlogistiek hebben een eigen verantwoordelijkheid en een gezamenlijk belang om de in de keten beschikbare capaciteit optimaal te benutten. Het kan niet zo zijn dat alleen de terminals daarop aangekeken worden.” In de huidige, veelal nog traditionele logistieke sector is elke partij echter vooral op zichzelf gericht en houdt men krampachtig de regie over de eigen containers. “In onze terminalstack staan op elk willekeurig tijdstip misschien wel 500 containers voor bijvoorbeeld Basel. Niemand die dat van elkaar weet en dus doet iedereen op zijn eigen moment zijn eigen ding. Het ontbreekt aan ketenregie.”
Data delen
Daarin een verschil maken begint door meer data met elkaar te delen. Het is de basis voor een betere planning, grotere efficiency en dus voor iedereen een betere service. Ruijs: “Nergens komen zoveel containers bij elkaar als op de Maasvlakte. Door digitaal informatie uit te wisselen wordt het mogelijk combinaties te maken. Via European Gateway Services kunnen wij er dan bijvoorbeeld voor zorgen dat die 500 containers efficiënt in Basel komen. Gegeven dat het ons wordt gegund hierin het initiatief te nemen. Het kunnen ook andere partijen zijn die het vervoer doen. Maar hoe groter ketenregie de koek voor Rotterdam maakt, hoe groter deze is voor alle individuele spelers en dus ook voor ECT!”